Preek in
Kamperveen en Putten
Text.Ef.5,6-8
Gebed: Help ons hier binnenkomen,
met het heilige verlangen en dorst: we willen weten wat is Uw wil. Vergeef, dat
we vaak zo hier komen, dat we vasthouden aan onze wil, en we willen onze wil op
U aandwingen, dat U ons wil zou doen. En we willen om vergeving bidden, omdat
we zo veel kapotgemaakt hebben, zo dat onze wil is geschieden. Trek nu ons naar
U toe, neem ook onze vermoeidheid weg, met Uw Woord verlicht ons en genees ons.
Preek: Iedereen weet, dat we nu in zo een wereld leven, dat al in bijna elk
huis, maar in het bijzonder in cantoren en oficiele gebouwen zijn alarmsistemen
gemonteerd, dat als dieven of kwaadwillende en makende mensen zouden zich
nadern, de alarm moet in werking komen.
Het is erg vervelend, als de dief komt, als er een gevaar is, en de alarm
zwijgt. De meeste dieven weten dit ook, en ze hebben vaak middelen om de alarm
buiten werking te zetten, of ze loeren op zulke momenten als de alarm niet aan
staat. Maar ik wil nu niet over beveiliging van de huizen en cantoren spreken,
alleen dit als een voorbeeld gebruiken voor ons geestelijk leven. Want het is
net zo passend op ons geestelijk leven, op ons gemeente-zijn, dat er een grote
kwaad is als de alarm niet aan is. Maar er is ook slecht, als de alarm begint
te gaan, maar niemand erop let. De text,die ik net voorgelezen heb is een
geestelijk alarm voor ons. Laat niemand u misleiden met inhoudsloze woorden,
met ijdele woorden. Dus hier ziet de apostel een gevaar. Apostel Paulus zag een
gevaar ,die toen de gemeenten bedreigde. Maar niet alleen toen, ook nu zijn
grote gevaren, die het leven van ons en van onze gemeenten bedreigen. Het is de
moeite waard, om na te kijken: wat waren de gevaren van toen, en wat zijn de
gevaren van vandaag. De gevaren zijn bijna dezelfde:voordat de apostel over de
gevaren zou spreken hij herinnert de gemeente aan het feit, dat zij zijn
kinderen van het licht .: Als ze kinderen van het licht zijn, dan moeten ze ook
ernaar handelen. De leden van de gemeente in Efeze zijn kinderen van het licht
geworden, omdat ze hebben het licht van de wereld aangenomen,dus Jezus
Christus. Niet alleen teoretisch, niet alleen in hun hoofd, maar in hun ziel en
leven. Jezus Christus mocht Heer worden over hun leven. Voordat ze het
evangelie hoorden, waren ze kinderen van de duisternis, ze leefden in
dusternis. Wat betekent dit.? In duisternis leven betekent, dat je jezelf niet ziet, maar ook de andere mens
niet.De mens,die in de duisternis leeft ziet niet, wie hij of zij is. Hij, zij
weet niet, wie ben ik eigenlijk? Maar hij, zij ziet ook niet: wie is God. Dat
iemand zichzelfe en God mocht zien, daarvoor is nodig, dat een licht zou
beginnen te branden in zijn, haar hart. Dit licht kann alleen God aansteken.
God heeft een wonderlijke middel, die licht in ons maakt, en dit is zijn Woord.
De gelezene en de gepredikte Woord ook. Als het Woord van God hier klinkt, als
zijn Woord gepredigt is, dat wordt een lamp aangestoken, want God wil, dat
Jezus Christus zou lichten in ons leven. Als ik al Jezus zie, dan zie ik ook
mezelfe. Dat ik een zondaar ben. In dat moment, als Christus als een licht in
een leven van een mens verschijnt, dan begint de mens te zien zijn heiligheid,
zijn schoonheid, zijn gerechtigheid, maar tegelijkertijd begint de mens te zien,
dat hij is vol met boosheid, met onreinheid, goddeloosheid. Totdat een mens
Jezus niet ziet, hij kann zeggen: o, ik ben een goede, eerlijke mens, ja ik heb
ook een paar fouten, maar dit heeft iedereen, maar als ik zie de heilige God,
dan zie ik ook, dat ik vol zit met zonde en ongerechtigheid. Dat is gebeurd in
het leven van de mensen in Efeze, ze hebben ingezien, dat als ze zo blijven,
hoe ze geboren waren, als er geen verandering in hun leven komt, dan zal het
met hun niet goed komen. Ze hebben ook begrepen, dat straks iedereen moet
verschijnen vóór de gericht van God, en daar kunnen we ons niet met andere
mensen vergelijken. Want daar zal ons God onderzoeken, zal ons God beoordelen.
Ze hebben dit ingezien, en ze hebben Jezus in hun harten binnengelaten, die het
licht, de genade,de vergeving en de verandering kann geven. En ze hebben ook
gezien en geloofd, dat Jezus kann een nieuw leven, en ander leven geven, die
totaal anders is, dan hun leven tot nu toe. Vroeger,zegt Paulus Jullie waren
kinderen van de duisternis, maar nu zijn jullie kinderen van het licht.
Christus heeft intrede gemaakt in Jullie leven, en heeft een nieuw leven Jullie
geschonken. De gemeenteleden van Efeze hebben ingezien, dat in deze wereld zijn
twee soorten normen en waarden, twee levenspatronen. De levenspatroon van de
wereld en de levenspatroon van Gods kinderen. En als deze mensen dit ingezien
en geloofd hebben, dan is een diudelijke scheidinglijn gekomen tussen de twee
levenspatronen. Tussen de levenspatroon van de wereld, van de duisternis en de
levenspatroon van Christus, van het licht.
In de centrum van de
levenspatroon van de wereld staat de mens zelf, hij bepaalt eigenlijk naar zijn
eigen wil hier alles. Daarom zijn de levenspatronen in deze wereld zo
onstabiel, wisselend, want de mens bepaalt wat is moreel en imoreel, wat is
waarheid en wat is leugen, wat is eerlijk en gemeen, wat is slecht en goed. De
mens bepaalt hier alles, hij zegt over alles een oordeel. Dit zien we helaas
heel goed in onze landen in heel Europa. God heeft hier niks te vertellen,
niemand vraagt naar zijn wil. Met grote droefheid moeten we vaststellen, dat in
de levenspatroon van Europa heeft God en zijn Woord geen plaats, want hier
wordt alles door de mens bepaald. De levenspatroon van God, waar Jezus alles
bepaalt, is totaal anders. En die mensen, die naar deze levenspatroon handelen,
hebben en totaal andere verhouding tot de zonde. De kinderen van de duisternis
hebben de zonde lief, ze houden van de zonde. God zegt over vele dingen van
deze wereld, dat deze zijn zonde onreinheid, leugen, maar de mensen houden van
deze dingen. De mens houdt van de wraak, want hij houdt van terugslaan, de mens
heeft het lief de ontrouw, de mens wil graag zonder werk rijk worden, de mens
houdt van alles waarover God zegt: ik haat deze dingen. De kinderen Gods zijn
ook niet zonder zonde, maar ze hebben een hele andere verhouding tot de zonde.
De kinderen van het licht haten de zonde, de kinderen van het duisternis houden
van zonde, bewaren en beschermen de zonde. De kinderen van de duisternis zoeken
de zonde en de gelegenheden, waar ze zondigen kunnen, de kinderen van het licht
vluchten van de zonde, en ze vermeiden de plaatsen waar ze in verzoeking zouden
kunnen komen. De kinderen van God kunnen
ook in verschillende zonden vallen, maar ze voelen zich niet goed erin. Ook een
kind van het licht kann in ruzie komen met zijn vrouw of met haar man, of met
iemand anders, maar hij voelt zich niet prettig in deze situatie, en hij of zij
probeert zo spoedig mogelijk de zaak in orde zetten. De kinderen van het licht
kunnen ook in kleinere-grotere zonden vallen, maar ze schamen zich daarvoor, ze
willen daarin niet blijven, ze bekennen de zonde, ze proberen zich niet
verontschuldigen. De kinderen van het licht hebben dus een totaal andre verhouding
tot de zonde.
Maar we waren al bezig aan
het begin van deze preek van gevaar te praten. Ook in Efeze verschijnt een
gevaar. En dit gevaar is, dat in Efeze worden inhoudsloze, ijdele woorden
gesproken. Het is hier een interresante woord in het grieks, je kunt vertalen: leugenachtige
logos, dus woord. Paulus waarschuwt: een leugenachtig woord verspreidt zich
tussen jullie, een kwade denken. Wat is dit dit leugenachtig woord geweest in
Efeze en ook onder ons? Ik kann zo formuleren: je moet het licht en de
duisternis niet zo scherp van elkaar scheiden. De gevaar is niet zo groot, je
moet niet overdrijven. Je moet deze zaak met licht en duisternis niet even zo
ernstig nemen. Je moet de woorden van Jezus niet zo ernstig nemen in alle
vragens. De levenspatroon van Jezus moet je proberen vermengen, harmonizeren
met de levenspatroon van deze wereld. Je moet deze twee werelden in een goede
evenwicht bij elkaar brengen en samen houden. Bij voorbeeld: ja, de feestdagen,
die zijn zeker van Christus, jullie komen samen, bidden, jullie komen tot
avondmaal, jullie luisteren naar Gods Woord, maar de andere dagen, die zijn van
jullie. Jullie moeten de feestdagen en de werkdagen een beetje harmonizeren,
een beetje delen, de feestdagen, de zondagen zijn van God, en de werkdagen zijn
van jullie. Jaren geleden had ik een scriba. Hij was al met pensioen, maar
vroeger werkte hij in een magazijn met elektrische materialen. We hebben
redelijk veel spullen nodig bij de bouw van een nieuw kamer, en hij zij steeds:
je moet dit niet kopen ik zal brengen van thuis. Ik was verbaasd dat hij alle
spullen thuis had, en ik vroeg: hoe heb je zo veel materiaal thuis? Dan
antwoordde hij met een sluwe glimlach: domine maar je moet ook je kop
gebruiken. Ik heb van mijn werk zo veel weggenomen, dat ik kann een hele huis
mee verzorgen. Hij was verder een lieve man, elke zondag netjes in de kerk, hij
was ook erg hulpbereid, maar hij dacht: je moet deze twee werelden, het geloof
en het wereldse denken met elkaar harmonizeren. Hij dacht: ja mijn ziel is van
God, maar mijn hoofd is van mij, en die moet ik goed gebruiken, en ik moet net
zo doen, als de kinderen van deze wereld. De gevaar in Efeze en ook bij ons is,
dat we het licht en de duisternis met elkaar vermengen en komt een prettige grijsheid
eruit, die ook niet licht, maar ook niet donker is., zo zijn we goed ook voor
Jezus, maar ook voor de wereld.
Maar Paulus trekt de alarm
en zegt: opletten, want dit is een leugenachtig woord, jullie moeten niet
misgeleid worden door deze woorden, want als dit gebeurt, dan komt niet goed
met jullie. Om deze dingen komt de toorn van God over de kinderen van de
ongehoorzaamheid. En lieve broeder en zusters, als ooit deze leugenachtige
woord aanwezig was, dan dit is vandaag wel aanwezig. En het zal zich erg snel
verspreiden. Dit kunnen we al in de kerken zien. Toen ik voor de eerste keer 16
jaar geleden op een gevangenispredikantenconferentie in Praag was, gingen we
zondag in een duits-lutherse kerk. Ik was erg benieuwd natuurlijk op de
prediking, maar daar was geen spoor van prediking. Het was wat gezang, en dan
kinderen hebben spelletjes gedaan onder een regenbogen, want het ging over de
geschiedenis van Noah. De spelletje was leuk, de kinderen lief, maar dit kon
ook in een poppentheater net zo goed gebeuren, daarvoor moet je niet kerk zijn.
Je wist niet precies of je in een eredienst of op een theaterstuk was. Niet
spreken over de conferentie, waar de hoofdthema was een prezentatie van een
japaanse meditatiesisteem. Ik was weer verbaasd en ik vroeg de duitse predikant,
die de spreker was en zij: dit was erg interressant, maar waar komt hier God
ter sprake, dan zij hij: lieve Istvan, maar God hoef hier helemaal niet ter
sprake komen. Na de eerste dag, als ik zag, dat er geen gebed zal uitgesproken
worden vroeg ik weer met mijn naiviteit: zullen we niet de dag met een gebed
afsluiten, dan keek de leider me verbaasd aan en vroeg: ja Istvan, je hebt dit
nodig, nou dan mag je een korte gebed uitspreken, maar op onze conferenties is
dit geen gewoonte meer. Met deze voorbeelden wilde ik maar laten zien, hoe sluw
komt deze leugenachtige woord tot ons en we laten ons misleiden erdoor. De
heidendom komt binnen ook in de kerk. In beste geval de mensen schijnen nog in
de kerk christenen te zijn, maar thuis zijn ze puur heidens. Onlangs een
buurjongens ging trouwen, en ik was ook uitgenodigd op de bruiloft.Ik heb
natuurlijk aan het begin gepreekt, Gods Woord verkondigd, maar daarna kwam de
party, met al die viese, dubbelzinnige soms goddeloze liederen, die de mensen
daar met volle borst gezongen hebben. Ik weet niet hoe hier is, maar bij ons is
het bijgeloof en de occultisme een groot probleem. Dat mensen die de Bijbel
lezen, geloven ook in verschillende tekenen, maar ze lezen dagelijks ook de
horoskope, ze zijn bang van een zwarte poes of van het getal 13. Bij ons des te
meer gebeurt, dat er rijst over de bruidspaar wordt gegooid, en ze weten niet,
dat dit een oosterse tovenarij is, een vruchtbaarheidskultus. Sommige mensen
zijn trots,dat ze gereformeerd zijn, maar ze doen een hele boel dingen,
waarover God zegt: ik haat deze.
Ja, het is een groot
gevaar, het licht met de duisternis te vermengen.Paulus terkt de alarm, en zegt
:neem niet deel aan de onvruchtbare werken van de duisternis, maar ontmaskeer
ze veeleer. Jullie mogen voor geen ogenblik vergeten, dat Jullie zijn nu
kinderen van het licht, en jullie hebben nu een andere norm, en deze norm is de
wil van de Heere. Wij moeten bij elke daad bedenken: wat zou nu Jezus doen? Als
ik jong was, hing nog bij vele gelovige mensen een houten plankje met de
opschrift? En wat zegt Jezus ertoe? Dit
plaatje hing soms in voorkamer , woonkamer, slaapkamer, en het was erg nuttig.
Want soms kwam de man en vrouw in ruzie en ze zagen de schrift:wat zegt Jezus
ertoe? Of het kind heeft iets lelijks gezegd in ongehoorzaamheid tegen zijn
ouders, en hij zag de plaatje en was beschaamd. Of vrienden gingen kwaadaardig
kletsen over iemand achter zijn rug, en dan moesten ze zien: wt zegt Jezus
ertoe? De gelovige mens heeft één enkele
voorwaarde: wat is aangenaam vóór de Heere?
En terugkerend tot het
begin van deze preek: we moeten niet denken, dat de alarm voor ons is niet
nodig, of voor ons is niet geldig. Beter is als we ons leven, ons handelen, ons
gedrag doordenken en proeven, en als wij de vraag voordurend stellen: ben ik in
de daad een kind van het licht? God zij geprezen, als we kunnen vaststellen,
dat we in de daad Gods in licht wandelende kinderen zijn. Maar als we kinderen
van het licht zijn, dan mogen we niet deel nemen in vele zaken van deze wereld.
En we moeten erg opletten, dat we het licht met duisternis niet vermengen.
We hebben in deze dienst
een ernstige waarschuwing gekregen.Dit moeten we ter harte nemen. Dit is ook
een opdracht voor de volgende week. Het is een niet makkelijke, maar wel een
heilige opdracht. Ik wens u en natuurlijk mezelfe ook kracht en zegen, om dit
te mogen vervullen. Amen
Gebed.Heere we dankenU, dat U hebt in onze harten weer een licht
aangestoken door Uw Woord.. We danken U dat U hebt onze greisheid ontmaskeerd,
dat U waarschuwt ons van de gevaren, die ons bedreigen, ontferm U over ons, dat
niemand zij, die van nu aan in duisternis blijft.Laat ons Jezsu Christus in Uw
licht wandelen. Laat ons altijd uw wil zoeken, en wat in Uw ogen goed is. Help
ons die dingen haten, wat U haat.
Bevrijd ons van boezemzonden, van zondige verslavingen. Laat ons kinderen van
het licht zijn ook op onze werkplaats, in de school, in het gezin. We bidden
voor alle mensen, die nog in geestelijke ellende en duisternis leven. We bidden
voor onze kerken, onze landen en volken, voor de zieken en vertwijfelden, die
in de diepten zijn.
Nincsenek megjegyzések:
Megjegyzés küldése