2021. december 28., kedd

Preek in Nederland 2021

 

Preek in Achterberg en Schoonhoven

Text. Rom.5,18, 6,11.19.22, 7,24-25

 

We zijn in de maand van de reformatie. Iedereen van ons weet al dat de centrale vraag van de reformatie was: hoe word ik gerechtvaardigd vóór God. Luther heeft de antwoord in Romeinen 1,17 gevonden. Door het geloof, uit genade, zonder mijn eigen verdienst, door de offer van Jezus Christus.

            Maar wat gebeurd, nadat ik door het geloof gerechtvaardigd ben, met deze vraag zijn we amper bezig, hoewel een hele belangrijke vraag is in ons leven. Vandaag probeer ik op deze vraag met de hulp van de Bijbel een antwoord geven. Gaat het in het gerechtvaardigd leven al alles vlot, zonder enig moeite, net in het sprookje, en ze leefden gelukkig, totdat ze stierfen? Er zullen geen strijden, geen neerslagen zijn in ons leven in ons leven, we zullen niet meer zondigen? Is ons leven een Hallelujah, gaan we dan uit de ene overwinning in de andere?

            Paulus zegt, dat er niet vlot zal gaan, want de zonde, de oude Adam blijft in ons leven wel aanwezig. Adam was ook een mens, maar ook een simbool. Door hem is de zonde in deze wereld gekomen, en zo ook in ons leven. Ik hoorde, dat in de vorige eeuw hier in Nederland een soort veldhaas heeft een dam doorgeboren en zo kwam de zeewater, en een hele gebied bestroomd raakte. Nou, dit “veldhaas”was Adam, en de zonde is over ons gestroomd. Dit is de droevige verhaal van de zonde.

            Maar Paulus weet ook van een andere verhaal, en dit is begonnen met de twede Adam, met Christus. Deze Adam is ook uniek, net als de eerste. Door de eerste kwam de zonde, door de twede de genade. De daad van de eerste Adam was vernielend, de daad van de twede is zaligmakend. Het is een geweldige ding gebeurd: de zonde is van de troon afgestoten, en nu zit daar de genade. De zonde is er nog wel, maar hij heest niet meer.

Door Christus is een geweldige wendepunt in het leven van de wereld gekomen.Adam is wegggegaan, Christus is gekomen. Adam is de beginner van de ellende, Christus is beginner en voleinder van de zaligheid. Christus is sterker , dan Adam en de zonde. Natuurlijk de zonde is meer imponerend en spektakulair. Die geeft stof an bulvaarbladeren, tv-niews, daarover kun je lekker kletsen, er is erg interressant. De werken van de genade in tegenstelling met deze, zijn niet opvallend, komen niet op de eerste bladzijden van de bladeren, geven geen stof voor de paparazzi. Deze kun je alleen met de ogen van het geloof zien, maar dit interressert de wereld niet. Het leven van de gelovigen laat zien, dat de ganade is krachtig, doet grote dingen in het leven van Gods kinderen.

De apostel Paulus geeft een beeld over ons leven na de rechtvaardiging, en hij bemoedigt ons in det beeld te geloven en ons leven eraan te richten. De opschrift van dit beeld is: jullie zijn gestorven voor de zonde, maar leeft voor Christus. We moeten dit van ons geloven, we moeten dit ernstig nemen. Want anders wat geloven we van ons? Want we willen niet geloven, dat we zijn dood voor de zonde. Paulus  hier, net als in de hele brief voert een gesprek, een dialoog met een onbekende gesprekspartner. Deze onbekende zegt tegen Paulus. Jij beweert, dat de mens wordt uit genade door het geloof gerechtvaardigd. Maar pedagogisch gezien, dit is erg gevaarlijk. Want de mens waardeert alleen iets, waarvoor hij hard werkte, wat hij met zijn eigen kracht heeft uitgevochten. Wat hij, zomaar, als cadeau heeft gekregen, dat pleegt hij niet te waarderen. Hij is net als een verwend kind, des te meer hij krijgt, des te onverschammder hij gaat worden. Zo zal hij nog meer zondigen, want als er genade is,je  op alles vergeving krijgt, dan mag ik raak leven, hoe men dat hier in Nederland zegt.

            Paulus zegt tegen deze onbekende gesprekspartner: geen sprake van. De begenadigde mens doet niet zo. Maar wat doet hij dan? Natuurlijk, we zouden dolgelukkig zijn, als Paulus zou nu zeggen: de mens, die de genade ontvangen heeft zondigt niet meer! Dit is de vurige begeerte van elk christenmens. Maar helaas, zoiets bestaat niet. Er is niet waar, dat de gerechtvaardigde mens voortdurend zondigt, maar ook dat is niet waar, dat hij nooit meer zondigt. Wat dan? Er is een derde mogelijkheid.En dit beeld gaat net erover.Op deze beeld kun je twee personen zien, de éne ben ik, de andere Christus.Wat zegt dan Paulus? Dat de genade gekregeene mens is nooit meer alleen. Christus is altijd met hem. De mens, die in Christus gelooft, is een totale afhankelijkheid van hem. De mens in Christus is gestorven voor de zonde. We kunnen dit zo voorstellen, als zouden we een stuk spek in een ketel met kokende asfalt gooien. De kokende asfalt zou de spek meteen verteren. In het leven van een christenmens de genade begint de zonde te verteren, net als de asfalt de stuk spek.

            Na dit beeld de apostel geeft nog twee bevelen. De zonde heerse niet in uw sterfelijke lichaam. Zo, als de dood kann niet meer over Christus heersen, zo kann de zonde over de christenmens ook niet meer heersen.

            De twede is, dat de apostel zegt: stelt uwe leden niet der zonde tot wapenen der ongerechtigheid , maar stelt uzelven Gode, stelt uwe leden God als wapenen der gerechtigheid. Waar wapenen zijn, daar is ook strijd. Daar begint een verbitterde strijd tussen de oude en de niewe mens. Maar deze strijd is niet hopeloos. Want Christus stridt aan onze kant, met hem zullen we gewinnen,overwinnen.

            Maar deze strijd is niet makkelijk. Ik zal een beeld zeggen, die ik heel goed ken, uit de wereld van de gevangenissen. Paar jaar geleden, had ik mijn programma met de gevangenen, net op wonsdag, en dit is de bevrijdingsdag. In de gevangenis van mijn stad  is dus elke woensdag bevrijdingsdag, niet aleen 5 mei!!!  Het was heel bijzonder op de gezichten van de bevrijdende gevangenen te kijken. Op sommige gezichten was grote vreugde, maar op de gezichten van de meeste gevangenen zag ik de angst: hoe ga ik verder? Wat gebeurt nu met mij, als ik de gevangenis verlaat? Zal ik terugvallen? Het verleden is nu opgelost, ik heb voor mijn zonde betaald, maar wat zal met mijn toekomst zijn? Zal ik de wetten weer overschrijden, en dan ga alles opnieuw beginnen? Als zo zal zijn, dan was beter in de gevangenis te blijven.

            Maar dit is precies zo in het leven van de beeerde mens. Hij stelt ook de vraag: zal ik niet terugvallen in de zonde? Nou, Paulus geeft wel een antwoord op deze vraag, en de antwoord is erg moedig. Hij zegt: Jullie zijn niet meer onder de wet, maar onder de genade, Jullie leven is niet meer door de wet beheerst, maar door de genade.Maar de onbekende zegt tegen Paulus: is dit niet te ver gegaan? Wordt daaruit niet een chaos, en alles door elkaar, een onzekerheid? Zal de genade minstens zo veel bereiken in ons leven, hoeveel de wet heeft bereikt? Kann de genade ons van de zonde bewaren? Want de wet had minstens een afschrikkende effekt, zal de genade in staat zijn ons van de zonde te bewaren? Zullen we ermee niet zo zijn, als soms met huishoudelijke apparaten, dat we hun afwisselen, en dan zeggen we: de oude was beter, dan de nieuwe? Zal de genade voldoende zijn in het strijd tegen de zonde?

            Paulus probeert dit heel menselijk uit te leggen, en dit zegt hij ook. Hij zegt, dat de genade ,die ons heeft gerechtvaardigd wordt op paradoxale manier ook tot een bevelende heer in ons leven. Eigenlijk gebeurt een heerserwisseling , een baaswisseling in ons leven.Paulus ervaart de genade, als een verplichtende macht.We praten weinig erover. Bonhoeffer , de duitse martelaar/predikant heeft een beroemde schrift over de dure en goedkope genade, en in deze hij beschrijft op een dramatische manier, dat we hebben uit de dure genade een goedlkope genade gemaakt. Paulus zegt nadrukkelijk, dat we hebben een dure genade gekregen, dat de genade is een bevelende, een heersende macht in ons leven geworden.. De genade is niet een emotionele kwestie, maar een kwestie van wil en beslissing, een bewuste keuze in ons leven. Totdat de genade kwam, Jullie dienden de zonde, maar van nu aan Jullie zullen God dienen. In Jullie leven is een andere tijdperk begonnen, de tijdperk van de heiliging.. Heiliging is niets anders, dan in een nauwe gemeenschap te leven met Christus.

            Ik heb een mooi verhaal gehoord, die in Zwitserland gebeurde in de 60 er jaren. De gemeenschap van een dorp heeft besloten, dat ze met de gelegenheid van het bezoek van de bischop zullen een cricifix van hout bij de ingang van het dorp oprichten. Ze hebben ook besloeten de opdracht van dit werk aan de enige timmerman, stukedoor van het dorp te geven. Deze timmermann was van verre niet van heiligheid, van een eerlijk leven beroemd, maar wel meer berucht van zijn dronkenschap, vervloekingen, en dat hij probeerte zijn klanten te misleiden. De crucifix is snel klaar geworden, maar de bischop werd ziek, en zo de inweiding was uitgesteld op een latere datum. Zo de crucifix bleef in een hoek van zijn ateliee staan.                 En dan gebeurde iets merkwaardigs. De timmermann begon zich te veranderen. Hij ging niet meer in de kroeg, hij vloekte niet meer en was steeds eerlijker met zijn klanten. De sfeer is verandert in zijn ateliee. Ook zijn vrouw was verwonderd over de veranderingen in het leven van haar man.. Dit was te danken aan de crucifix, die hij voortdurend zag. Nou, als een dode crucifix was in staat zo een verandering teweegbrengen, hoe zou de levende Christus de mensen niet kunnen veranderen, de genade, die in Hem verschenen is?

            De romeinen wisten heel goed, wat een heerserwisseling betekende, want de kaizers hebben elkaar vaak  afgewisseld. Omdat in de senaat de kaizer ook eeen standbeeld had, de romeinnen bij het wissel van de kaizer waren inventief, en ze hebben gewoon de kop, de hoofd met een zag afgesneden, het lichamm bleef dezelfde, en ze hebben op de lichaam een nieewe hoofd gezet. Bij de heerserwisseling van een christenmens wordt ook de hoofd, of beter gezegd de hart verwisselt. We krijgen een nieuwe leidingscentrum in ons leven. En dit is Christus zelf.

            Maar wat gebeurt met onze oude baasje, met onze oude mens? Zal hij makkelijk aftreden, wat gebeurt met de Satan, die ons leven tot nu toe heeft beheerst? Nee, maar nu begint een strijd op leven en dood tussen Christus en Satan in ons leven. De krachten van de hel en hemel zullen in ons hun strijd strijden. Over deze strijd lezen we in Romeinen 7. Aan het eind van deze hoofdstuk lezen we een vertwijfelde uitroep: o, ik ellendig mens, wie zal mij verlossen uit deze lichaam van de dood? Maar meteen klinkt ook een jubel: ik dank God door Jezus Christus onze Heer. Deze twee blijven voortdurend in het leven van een christenmens bestaan. Het christenleven begrijpt alleen die mens, die alle twee heeft geroepen: O, ik ellendig mens en ik dank aan God. Paulus heeft de weg van de hel naar de hemel toe bewandeld, kom, want we moeten dit ook bewandelen. We zullen samen met hem zuchten en jubelen.

            Ja onze vraag was: wat zal na het rechtvaardigmaking in ons leven gebeuren? Zal ons leven de proben bestaan? Wat zal met ons geloof in de beproevingen gebeuren? Paulus heeft de probe, de beproeving bestaan, daarom deelt hij dit met ons mee. Dat we ook van de vertwijfeling tot de jubel komen. De grote vraag van ons christenleven is: zal de genade toereikend zijn om in het geleeof vast te houden, in de beproevingen te bestaan? Zal het leven onder de genade beter zijn, dan het leven onder de wet? Paulus beantwoordt dit met een beeld over de huwelijk. Hij zegt: als een echtgenoot stierft, dan is de andere vrij om een nieuwe huwelijk te sluiten..Onze oude „echtgenoot”, de wet is gestorven, en nu mogen we een „huwelijk” met de genade sluiten.We mogen ons verblijden aan de twede „echtgenoot”, en we mogen volle vertrouwen in deze twede, nieuwe echtgenoot hebben.

            Maar de onbekende gesprekspartner vraagt opnieuw: dan was de wet is kwaads? Heeft de wet niet God gegeven? Je hebt gelijk, zegt Paulus tegen de onbekende, de wet was door door God gegeven, was een geschenk van boven, was goed, recht en heilig. De probleem was niet bij de wet, maar bij ons, want wij zijn niet goed, recht en heilig, wij zijn slecht en zondig. De probleem was, dat de wet kon de zonde in ons niet overwinnen. Het enige probleem met de wet is, dat de wet kann ons niet veranderen, kann ons niet verlossen. Daarom hadden we de Verlosser en de genade nodig. De wet was in staat alleen ons tot de uitroep jagen: o, ik eelllendig mens!

            We konnden alleen zo verlost worden, dat Christus in lichamm tot ons kwam. Zonder Christus zijn wij alleen in staat, te doen, wat we niet willen, wat we haten. Waarom? Omdat in ons woont de zonde, en die heerst over ons. Maar Christus en de genade is sterker, dan de macht der zonde.

            Wat gebeurt dan na de rechtvaardiging? Is ons leven een voordurende vreugde, een voordurende jubel? Nee, ons leven is een voordurend strijd tussen de macht der zonde en tussen de macht der genade, een strijd tussen Christus en Satan, tussen hel en hemel. En dit is zo goed, bij Paulus was niet anders, en bij ons is ook niet anders.

            Tussen de teologen is een grote discussie over de vraag: gaat het in Romeinen 7 over het leven vóór de damascusweg, vóór de bekering, of na damascusweg, na zijn bekering? De antwoord is duidelijk: na de bekering, na damascusweg.

De titel van de preek was : we zijn gerechtvaardigd, maar hoe gaan we verder? De antwoord is simpel: strijdend. De strijd blijft, de vertwijfelde uit uitroep: o, ik ellendig mens, blijft. Maar elke keer roepen we ook: ik dank door Jezus Christus onze Heer, die de overwinneng geeft. De vraag wordt beslist altijd door het feit: op wie zal ik zien? Als ik zie op mezelfe, blijft alleen: o, ik ellendig mens, maar als ik op Christus zie, dan mag ik jubelend roepen: ik dank God.

            De strijd blijft, de strijd om de heiliging blijft, totdat we niet verheerlijkt worden, totdat we niet intreden in zijn koningrijk. Dan zal de vertwijfelde uitroep: o, ik ellendig mens, voor eeuwig verstommen, en blijf eeuwig de jubel: God zijn dank door Jezus Christus. Daarom moeten we ook roepen: Maranatha, kom o Heere Jezus! Amen!

Nincsenek megjegyzések:

Megjegyzés küldése